Pionier op het gebied van diabetes blijft onvermoeid de barricades beklimmen

930 0

Prof. dr. Henk Bilo ziet beweging als ideale behandelmethode

Pionier op het gebied van diabetes blijft onvermoeid de barricades beklimmen

Als je jezelf tot de categorie jongeren mag rekenen, enigszins zwaarlijvig bent en zichtbaar houdt van een patatje met frikadel, dan loop je het risico te worden aangesproken door Henk Bilo. Niet omdat hij je de snack misgunt, maar om je te wijzen op jouw leefgedrag. En het risico dat je op latere leeftijd tot de groeiende groep van mensen met diabetes type 2 in Nederland gaat behoren. “Dat levert wel eens een grote mond op, maar ik blijf het toch doen.”

Het tekent de passie van prof. dr. Henk Bilo (65). Inmiddels is hij niet meer bezig met de praktische zorg in de Isala Klinieken in Zwolle, maar als het aan hem ligt, blijft hij nog wel een jaar vijf actief en betrokken. Het is heel hard nodig, blijkt uit de harde cijfers. “In 1993 waren er 185.000 mensen met diabetes type 2. Hoeveel denk je dat het er nu zijn?’’ Mijn gokje (500.000) is ver bezijden de waarheid. Het zijn er maar liefst 900.000! En de feiten liegen er ook niet om. “Een derde van alle volwassen mensen in Nederland heeft een manier van leven die de kans op diabetes groter maakt.”

Ondanks zijn bevlogenheid als het gaat om het voorkomen van diabetes richt hij zich niet op preventie. Dat is meer een taak voor de overheid die volgens hem best meer in actie mag komen als je nagaat dat diabetes met de longziekte COPD en hart- en vaatziekten tot de belangrijkste ziektes mag worden gerekend. Drie ziektes die 70% van het budget van de zorg opslokken. En natuurlijk is het vooral een opdracht voor de individuele mens om zuiniger te zijn op zijn/haar eigen lichaam. “Met een slechte leefstijl veroorzaak je zelf de problemen die levensvreugde en levensduur verkorten. We moeten onszelf ook vaker een spiegel voorhouden. Wist je bijvoorbeeld dat de kledingmaten sinds de jaren’50 zijn verschoven? Het maatje 40 van toen is anders dan het maatje 40 van nu.”

Het stokpaardje van Bilo ligt op een ander vlak. Met zijn enthousiaste deelname aan de Bas van de Goor Foundation (vernoemd naar de voormalige professioneel volleyballer én Olympisch kampioen) en de Nationale Diabetes Challenge wil hij beweging op de kaart zetten als behandelvorm. “Je hebt minder medicatie nodig en je kunt een stuk blijer leven”, aldus de internist die zichzelf bij tijd en wijle wel een roepende in de woestijn moet voelen. “Gelukkig wordt deze mening steeds breder gedeeld. Beweging wordt er altijd bij gehaald in het kader van preventie, maar als het gaat om er naar te kijken als een goede behandeling, dan wordt het vaak als een hete aardappel doorgeschoven.”

Heilige huisjes

Vol trots kan hij vertellen over de eerste Nationale Diabetes Challenge met een voorbereidingstraject en een finaledag. “Tijdens de eerste training zagen de meelopende hulpverleners mensen die na 500 meter al klaar waren met wandelen. Toen was ik al blij met het vooruitzicht dat de helft van het aantal deelnemers het zou volhouden. Uiteindelijk bleek het de mensen veel beter te lukken dan verwacht. En enkele maanden later hebben 3131 mensen de eindstreep gehaald van een wandeling van 5, 10 of 15 kilometer.”

Voor Bilo was het de bevestiging van de stelling dat bewegen de kans op complicaties vermindert. Met andere woorden: de mens met diabetes gebruikt zijn eigen lijf als geneesinstrument en is in staat om in te grijpen in het verloop van de ziekte. “Als ze maar een doel hebben”, stelt het hoofd van het medisch team in de Isala Klinieken in Zwolle. “Dat betekent niet dat je moet trainen om een Adonis te zijn of om in de Playboy te komen. Gewoon bewegen om een stuk beter in het leven te staan.”
Hij is een dankbare gesprekspartner voor een journalist. Hij draait niet om de hete brij aan, komt met een goed verhaal doorspekt met argumenten en durft het aan om tegen heilige huisjes aan te schoppen. Een andere stelling die midden in het gesprek ineens uit zijn mond vliegt, is dat mensen met maximaal de lagere school ins ons land veel meer kans maken om diabetes type 2 te krijgen. Zo’n 10 tot 12% uit de lagere economische klasse ten opzichte van 2% uit de universitaire laag van de bevolking. “Dit heeft niet direct een relatie tot armoede, maar wel heel duidelijk tot leefstijl.”

Bilo zou er wel eens moe van kunnen worden. Altijd maar strijden als een soort Don Quichotte. Zeker ook als je de respectabele leeftijd van 65 lentes in ogenschouw neemt… “Ach, zolang ik nog energie krijg van mensen als Bas van de Goor en lichtpuntjes zie zoals de actie van Albert Heijn om de supermarkt zo in te delen dat je als eerste het versgedeelte ziet, ga ik nog wel even door.”

Beste van Europa

Met een gerust hart kunnen we de Zwollenaar typeren als de man die in deze streek heeft gezorgd voor meer aandacht voor diabetes. Zeker ook richting de huisartsen, door hem steevast omschreven als uitstekende eerstelijns gezondheidszorg. Hij heeft ze munitie gegeven op basis van klinische cijfers en dat heeft uiteindelijk geleid tot een protocol waarbij van iedere patiënt bekend is hoe zaken als bloeddruk, gewicht en rookstatus zich ontwikkelen. “De risicogroep is dan eerder in kaart gebracht”, aldus Bilo die via internet rechtstreeks vragen van huisartsen beantwoordt. “Ook daar zie je dat ze steeds meer op eigen benen kunnen staan. Een paar jaar geleden kreeg ik nog 3.000 vragen per jaar en nu is het enkele tientallen.”

De diabeteszorg in Nederland – met Zwolle als voortrekker – wordt door de Europese Commissie omschreven als de beste van Europa, maar daar gooit hij nog een schepje bovenop. “Ik durf wel te stellen dat we de beste van de wereld zijn.” Toch is er nog genoeg werk aan de winkel. Zoals meer voorlichting door de overheid en uitbouwen van evenementen als de Nationale Diabetes Challenge (nu ook richting Spanje). “Zelf ben ik binnenkort niet meer praktiserend. Dat is jammer, maar het geeft ook de kans om me te richten op andere zaken zoals de ontwikkeling van de inwendige insulinepomp, betere dataverbinding en het uitbouwen van contacten met lokale overheid en thuiszorg. “Ik ben 65, maar ik voel me 50”, benadrukt de energieke Bilo nog maar eens.